Utrechtse fruittelers zoeken naar duurzaam verdienmodel

De Provincie Utrecht wil fruittelers stimuleren stappen te zetten in de verduurzaming van hun bedrijf. Op Fruitbedrijf de Jong in Leerbroek werd de aftrap gegeven voor uitbreiding van de Utrechtse Monitor Duurzame Landbouw (UMDL) naar de fruitsector. Vorig jaar ging de regeling al van start in de melkveehouderij en vanaf dit jaar is er plek voor 35 fruittelers. NFO-bestuurslid Johan de Jong: “We hopen dat dit programma ook echt leidt tot een structurele beloning voor duurzaam ondernemerschap.”

Deelnemers aan het UMDL gaan in studiegroepen aan de slag met het verbeteren van de duurzaamheid op hun bedrijf, bijvoorbeeld door de water- en bodemkwaliteit te verbeteren of het verminderen van het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen. De provincie wil telers stimuleren zelf na te denken over hoe ze hun duurzaamheidsdoelen gaan halen, in plaats van maatregelen opleggen.

Deelnemers ontvangen voor hun prestaties een financiële beloning van de provincie. Op basis van duurzaamheidsprestaties, gemeten aan de hand van vijftien vooraf vastgestelde Kritische Prestatie Indicatoren (KPI’s), kan de beloning tot maximaal 5.000 euro per bedrijf per jaar oplopen. De verwachting is dat de beloning de eerste jaren lager zal zijn en door de genomen maatregelen zal oplopen. Het afgelopen jaar was de beloning voor melkveehouders gemiddeld €2.200 per bedrijf. De verwachting is dat dit voor fruittelers ongeveer gelijk zal zijn.
Overigens moet de financiële beloning niet de drijfveer zijn, vindt de provincie. Het UMDL is nadrukkelijk geen verdienmodel, maar een ontwikkelmodel.

Toch is het voor de fruitsector noodzakelijk dat er een tastbare waardering komt voor de duurzaamheidsinspanningen. Johan de Jong: “Het is van belang dat ook andere partijen aanhaken. Dat is essentieel om telers écht te ondersteunen in hun transitie. Denk aan banken, BIJ12, waterschappen en subsidieverstrekkers. Daar verwachten we ook echt een concrete bijdrage van. Of het nu gaat om extra punten bij subsidieaanvragen, een hogere PAS-score, een gunstigere beoordeling bij financiering of de inzet van andere stimuleringsinstrumenten: doelsturing moet ook dáár zichtbaar en meetbaar worden gewaardeerd.”

Tot slot wordt van de deelnemers gevraagd om met het registratieprogramma Agromanager te werken, om zo bedrijfsgegevens te kunnen vergelijken. Dit vergelijken gebeurt alleen binnen de agrarische collectieven die de studiegroepen leiden. De provincie krijgt alleen de eindscore te zien en kan dus geen (spuit)data inzien.
Agromanager geeft nadrukkelijk aan dat de gegevens eigendom blijven van de ondernemer, databescherming en privacy zijn volledig garandeert.

Kijk voor meer informatie en aanmelden op provicie-utrecht.nl.