Het huidige systeem van voorkomen en vergoeden van faunaschade voldoet niet meer. Jaarlijks nemen de schadebedragen toe, terwijl de bereidheid van de overheid om schades uit te betalen afneemt. LTO, Koninklijke Nederlandse Jagersvereniging (KNJ) en Federatie Particulier Grondbezit (FPG) vinden dat het faunabeheer dringend behoefte heeft aan verbetering. In een Position Paper roepen ze de politiek en de Nederlandse overheid op om een duurzaam faunabeheer, schadepreventie en schadevergoeding mogelijk te maken. De NFO steunt het initiatief van LTO, KNJ en FPG.

De drie organisaties vinden dat de verantwoordelijkheden voor landbouw, natuurbeheer en schadepreventie en –vergoeding dichter bij elkaar moeten worden gebracht. Er moeten eenvoudigere regels en afspraken komen, waardoor schadepreventie diervriendelijker en efficiënter kan plaatsvinden. Nu is de wet- en regelgeving per provincie verschillend. Dat maakt het faunabeheer ingewikkeld en duur. Het beheer van wildsoorten die nu in grote getale voorkomen, zou volgens een landelijk jachtregime moeten gebeuren, waar nodig aangevuld met provinciale regels. Ook moeten alle vormen van jacht plaats gaan vinden op basis van wildbeheerplannen. En wanneer ondanks de gezamenlijke inspanningen van jager en grondgebruiker nog faunaschade ontstaat, moet een consulent Faunaschade een bemiddelende rol spelen tussen grondgebruiker, jager, terreinbeheerder en overheid. Deze partijen zijn tevens gezamenlijk verantwoordelijk voor het instellen en onderhouden van een faunaschadefonds.

De Tweede Kamer behandelt het voorstel voor de Aanvullingswet Natuur bij de Omgevingsweg op 22 mei.