Uit WUR-onderzoek blijkt dat wanneer de Farm-to-fork-strategie van de EU wordt uitgevoerd rekening gehouden moet worden met een daling van de landbouwproductie van 10 tot 20 procent. Bij appel en andere meerjarige gewassen kan het productievolume tot 30 procent dalen.
De NFO vindt het goed dat onafhankelijk instituut gevolgen van de Green Deel, waar de Farm-to-fork-strategie onderdeel van is, in beeld brengt. De NFO wijst erop dat WUR zijn zorgen uit over voedselzekerheid binnen de EU en dat de afhankelijkheid van import van buiten de EU groter wordt. Kijk maar naar huidige energieschaarste. Eigen voedselzekerheid moet voor de EU een strategisch belang zijn. De Green Deal moet daar rekening mee houden, vindt de NFO.

WUR-onderzoek
De Europese Commissie wil het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen hebben gehalveerd vóór 2030. Volgens de Europese plannen moet ook het gebruik van kunstmest worden teruggedrongen. De maatregelen zijn bedoeld om klimaatverandering en verlies aan biodiversiteit tegen te gaan, maar gevolg is echter waarschijnlijk dat de opbrengst van landbouwgewassen afneemt. Een lagere productie leidt tot prijsstijgingen, minder Europese export en meer import van agrarische producten van buiten Europa. Onderzoekers van Wageningen University & Research hebben dit berekend in een onderzoek in opdracht van CropLife Europe en CropLife International waarbij ook andere stakeholders in de voedselvoorzieningsketen zijn betrokken.
In het onderzoek hebben de onderzoekers zich geconcentreerd op de impact van de van-boer-tot-bord-strategie en de biodiversiteitsstrategie, beide onderdeel van de Green Deal. Er is gekeken naar vier scenario’s, afgeleid van de genoemde strategieën. In scenario 1 wordt uitgegaan van 50 procent minder gebruik van gewasbeschermingsmiddelen.
In scenario 2 worden de nutriëntenverliezen gehalveerd en het kunstmestgebruik verminderd met 20 procent, en in scenario 3 wordt ten minste 25 procent van de landbouwgrond voor biologische productie gebruikt. Tot slot worden in scenario 4 de doelstellingen van de eerste twee scenario’s gecombineerd met de doelstelling om ten minste 10 procent van de landbouwgrond aan de natuur terug te geven. Dit laatste scenario geeft het beste inzicht in het gecombineerde effect van de voorgestelde maatregelen.

10 tot 20 procent lagere productie
Onderzoekers hebben gedetailleerde casestudy’s verricht op 25 landbouwbedrijven in de hele Europese Unie. Vervolgens zijn de effecten doorgerekend naar EU-niveau en zijn de resultaten gebruikt in economische modellen om de markteffecten te beoordelen.
Uit de berekeningen blijkt dat scenario 4 een gemiddelde productiedaling geeft tussen 10 en 20 procent. Bij meerjarige gewassen, zoals appel, kan het productievolume zelfs tot 30 procent dalen.
Bovendien kan minder gebruik van gewasbeschermingsmiddelen en kunstmest leiden tot kwaliteitsproblemen. “In de appelteelt kan minder gebruik van meststoffen en gewasbeschermingsmiddelen leiden tot een lagere hectareopbrengst, kleinere vruchten en schilaantasting. De consument is niet bereid om evenveel te betalen voor fruit van mindere kwaliteit. Als er geen verandering komt aan de vraagzijde, betekent dit dus dat we meer schaarste – en dus prijsstijgingen – kunnen verwachten. Het heeft ook negatieve gevolgen voor de Europese handelsbalans, aangezien de uitvoer daalt en de invoer stijgt”, aldus WUR-onderzoeker Johan Bremmer.
Het onderzoek maakt ook duidelijk dat er bij minder productie in de EU extra landbouwgrond buiten de EU nodig zal zijn. Johan Bremmer: “Bij gelijkblijvende vraag moet Europa het tekort aanvullen door meer te importeren. En als Europa minder exporteert, zullen landen buiten Europa zelf meer moeten produceren. Wij hebben berekend hoeveel hectare landbouwgrond buiten de EU nodig is om deze combinatie van effecten op te vangen. In elk scenario is deze indirecte verandering in landgebruik aanzienlijk.”

Voor meer info zie wur.nl.

Dit bericht is geplaatst op donderdag 14 oktober 2021 - 16:48